Na ruim twee weken burgers, sushi, pancakes en breakfast burrito’s, is het nu toch echt weer tijd om zelf te koken. Uit eten gaan in West USA is absoluut geen straf, maar na een tijdje krijg ik er toch genoeg van. Hoewel ik nog weken had willen blijven, ben ik toch blij dat ik weer in mijn keuken aan de slag mag. Het eerste brood is alweer gebakken (Oscar heeft de vakantie in de koelkast doorgebracht) en de espressomachine draait overuren om de slappe Amerikaanse koffie te compenseren.

Als goed begin wilde ik iets koken met veel groenten en zonder vlees. Deze stamppot was het resultaat. De verhouding puree-spinazie was een beetje scheef (500 g aardappels is iets te weinig), maar ik vond het een prima maaltje. Mijn reisgenoot vond de overgang iets te groot, dus vandaag heb ik er toch maar Catelaanse braadworstjes bij gebakken. Soms moet je niet te snel willen afkicken.

Ingrediënten:
| bereidingstijd 30 minuten | 4 personen |
• 750 g aardappelen, geschild • 1 blik reuzenbonen, uitgelekt • scheutje melk • 300 g spinazie (zak) • 3 rijpe tomaten, in smalle partjes en eventueel zaadjes verwijderd • 150 g fêta, in blokjes • +/- 15 zwarte olijven, gehalveerd • snufje chilivlokken • eventueel 2 el verse oregano

Bereiding:

Kook de aardappelen bijna gaar in een ruime pan. Voeg de reuzenbonen toe en kook die de laatste drie minuten mee. Giet de aardappelen en bonen af, voeg een scheutje melk toe en stamp tot een puree.

Meng de spinazie zo snel mogelijk door de warme puree (Eventueel kun je de spinazie ook twee minuten roerbakken voordat je hem door de puree stampt). Voeg de olijven, fêta, tomaat en oregano toe en breng op smaak met de chilivlokken en een klein beetje zout.